Taal in de natuur

Wat heb je nodig?

  • Eierdozen met 6 vakjes (voor groep 1-4)
  • Eierdozen met 10 vakjes (voor groep 5-8)
  • Strookjes met taaltegenstellingen
  • Omgeving met natuurlijke materialen

Wat moet je doen?

  • Verdeel de groep in tweetallen.
  • Geef ieder tweetal een eierdoos.
  • Geef ieder tweetal een strookje met twee woorden erop.
Dit moet voor de anderen geheim blijven!
  • Laat iedereen nu op zoek gaan in de schoolomgeving of in een parkje in de buurt.
  • Zoek nu items die voldoen aan de woordjes op het strookje.
  • Leg de items die hetzelfde voorstellen in de vakjes onder elkaar aan 1 kant.
  • Leg de items die het tegenovergestelde voorstellen in de vakjes daartegenover.
  • Heeft iedereen zijn vakjes gevuld? Verzamel nu de groep.
  • Laat zonder je opdracht te verklappen de dozen aan elkaar zien. Probeer nu van elkaar te raden wat zij gezocht en gevonden hebben.

Zo, dat is nog niet eenvoudig!

Tip! Geef de woordjes op niveau van de leerlingen.

Tip! Kunnen ze zelf nog niet lezen? Fluister dan de woordjes in hun oor.

Voorbeelden

Makkelijk

  • bruin- groen
  • groen- geel
  • hard- zacht
  • geel- wit
  • groot- klein

Moeilijk

  • glanzend- dof
  • rond- vierkant
  • kartels- glad
  • donker- licht
  • licht- zwaar
  • glad- stekelig
  • langwerpig- rond
  • veerkrachtig- star
  • glad- rimpelig

Niet beschikbaar

Het is nog niet bekend wanneer dit product beschikbaar is in catalogusjaar Schooljaar 2024-2025.